You are here

Tsunamiverhalen

Submitted by gaele on Sat, 27/05/2017 - 16:11

Voor me op tafel ligt een fotoboek over de tsunamiramp van 11 maart 2011. Het sneeuwde die vrijdagmiddag in Ishinomaki. De eigenaar van Futaba Inn wijst me op een foto. Het is de straat hierachter. Het uithangbord van het hotel is nog maar half leesbaar, de rest is verdwenen onder het ruwe wateroppervlak.

Een studente uit Tokyo, en Koka, een vrouw die hier vroeger gewoond heeft, schuiven aan. Gezamenlijk bladeren we door het boek. Bij iedere foto volgt een verhaal. Terwijl Koka naar Engelse woorden zoekt, dringt bij mij steeds langzaam door waar ik naar kijk.

Koka's winkeltje werd die dag geruïneerd, er schoof een schip door de pui heen. Haar huis werd verzwolgen. Zelf kon ze op tijd de berghelling opvluchten, haar dienst weigerende oude auto achterlatend. In de kou en zonder eten heeft ze afgewacht. Haar moeder en broer hebben het niet gered.

Er worden Youtube-filmpjes bij gehaald. Wat steeds weer verbaast is de enorme snelheid en ontzagwekkende kracht waarmee het water komt opzetten. Ik probeer me een voorstelling te maken op basis van mijn ervaring als (wind)surfer met de kracht van golven van twee, drie meter. Dit is onbeschrijflijk veel gevaarlijker. Geen ontkomen aan.

We houden stil bij een foto drie dagen na de ramp. Een man hangt een briefje op een bord. Een briefje met een naam, tussen andere briefjes met namen. Vermisten.

Koka vertelt. Beperkt in haar Engels, maar haar ogen en handen spreken boekdelen. Eerst was er de aardbeving, heftig en langdurig. Na een tijdje kwam de eerste golf. En daarna nog een. En nog een. En nog een.

tmp_26232-dsc04936188069425.jpg

Het was vrijdagmiddag. Het sneeuwde in Ishinomaki. De scholen waren net uit. De kinderen waren op weg naar huis.

 

 

 

terug naar Japan